zondag 3 januari 2016

Zijn we er al bijna?

'Zijn we er al bijna?'
'We zijn net vertrokken jongens, niet zeuren'
'Oh, hoever is het dan nog?'
'Nog 1.500 km'
'Hoe lang is dat rijden?'
'We zijn morgenmiddag op de camping in Spanje'
'Dat duurt wel lang'
'Ja, dat duurt heel lang, dus gedraag je maar een beetje'
'Mama, Antje knijpt mij'
'Jongens, begint dat gesodemieter nu al? We zijn net de stad uit!'
'Hou je nu maar rustig vader, en let op de weg'
'Mama, Klaasje trekt rare gezichten naar mij'
'Klaasje, als je dat doet om 12 uur dan blijft je gezicht zo staan'
'Nee hoor'
'Jawel'
'Oh…'
'Is het nog ver papa?'
'We zijn net in België, dus het is nog heel ver'
'Kan je niet harder rijden vader?'
'Als jij de caravan niet helemaal had afgeladen met blikken groente, aardappelen, 14 paar schoenen en weet ik veel hoeveel jurkjes die je toch nooit aan doet… ja, dan had ik harder kunnen rijden…'
'Ik heb die schoenen niet voor niets bij. Je weet dat ik moeilijke voeten heb'
'Zijn we er al bijna?'
'Mama, Jantje trekt aan mijn haar'
'Niet waar, jij trok aan mijn haar'
'Mama, Britje zit scheten te laten en nu stinkt het'
'Dat is niet waar. Antje zit te stinken'
'En nou houden jullie godverdomme jullie koppen dicht anders parkeer ik de wagen tegen een boom!'
'Zeg vader, blaffen doen we in het asiel'
'Zeg er dan wat van moeder'
'Let jij nu maar op de weg vader en laat die kinderen maar aan mij over'
'Jongens we gaan een liedje zingen. 3 x 3 is negen en Jantje zingt zijn lied'
'Ik weet geen liedje. En ik heb geen zin'
'Zijn we er al bijna?'
'Zucht……'
'Ik zie de Eiffeltoren'
'Nee sukkel, dat is een elektriciteitsmast'
'Mama, Antje zegt dat ik een sukkel ben'
'Ga slapen Jantje'
'Ik moet plassen. Papa kan je stoppen want ik moet plassen'
'We hebben 6 uur geleden al gestopt. Toen moest je niet'
'Maar nu wel'
'Mama, ik moet spugen'
'Prop die kinderen dan ook niet zo vol moeder'
'Waar zijn we nu?'
'We zijn Parijs voorbij dus bijna over de helft'
'Oh, echt waar?'
'Nee'
'Slapen ze eindelijk moeder?'
'Weet ik niet. Ze zijn in ieder geval stil'
'Heb jij de voordeur eigenlijk op slot gedaan toen we weggingen?'
'Nee, dat zou jij toch doen?'
'Moet ik overal aan denken?'
'Zijn we er al bijna?'
'We zijn bijna bij de Spaanse grens'
'Nee hè, ze controleren aan de Spaanse kant. Duurt het weer uren'
'Waar moeten we eraf papa?'
'Je moet letten op de borden waar Blanes op staat'
'Ik zag het als eerste'
'Mama, Britje zei dat ze Blanes als eerste zag, maar ik zag het als eerste'
'Jongens, nog heel even…'
'Zijn we er bijna?'
'Ja, we zijn er bijna'
'We zijn er bijna, we zijn er bijna, maar nog niet helemaal…'
'Wat een stom liedje'
'Welke camping staan we?'
'Bella Terra'
'Alweer?'
'Ja, alweer'
'Staan we dan weer aan het strand?'
'Dat denk ik wel'
'Jongens, papa en mama gaan even met Pepito praten om te vragen of hij een extra mooi plekje aan het strand voor ons heeft. Maken jullie geen ruzie?'
'Nee hoor…..'
'Wij zouden toch op het strand staan met de caravan moeder?'
'Volgens mij zei hij dat ja'
'Pepito, hoehoe Pepito… wij no akie maar akie op la playa, komprendoo?'
'Gelukkig spreek jij Spaans moeder. Ik denk dat hij je begrepen heeft'
'Nou, hij staat. Nu de voortent er nog aan'
'Als de jongens papa nu even helpen met de voortent, gaat mama met de meisjes alvast aan de bar zitten'
'Wij moeten altijd helpen'
'Dat komt omdat jullie sterker zijn'
'Godverdegodver, die stokken kloppen niet'
'Papa, de voortent staat scheef'
'Nee Jantje, dat hoort zo'
'Ik wil een ijsje'
'Ik wil een cosi'
'Je wilt wat?'
'Een cosi. Dat is cola en sinas door elkaar'
'Klaasje heeft altijd stomme drankjes'
'Je bent zelf stom'
'Ja, en jij stinkt'
'Hola, kaamaareeroo! Oen serversa en oen loemoembaa….'
'Wanneer gaan we terug papa?'

Jan van Oranje

Geen opmerkingen:

Een reactie posten